Gallen en Bladmineerders

Gallen

Gallen zijn woekeringen die op uiteenlopende organismen gevormd kunnen worden. Indien dit op planten gebeurt, dan wordt van planten­gallen gesproken. Het organisme, dat de woekering bij een plant indiceert, brengt een chemische stof in, waarop de plant als reactie een overmatige celgroei vertoont. Er is sprake van parasitisme. Gallen kunnen onder andere veroorzaakt worden door insecten, galmijten. nematoden, schimmels, bacteriën en virussen. Binnen de groep van insecten zijn de galappels op Zomereik bij veel mensen het meest bekend. De galappels worden veroorzaakt door galwespen. Andere insecten die gallen veroorzaken zijn bepaalde soorten vliegen, vlinders en kevers. In het Renkums beekdal zijn 88 soorten gallen waargenomen. Op 57 soorten waard­planten zijn gallen aangetroffen. Op drie soorten paddenstoelen zijn gallen waargenomen (www.plantengallen.com).

Beboste helling
Op de beboste hellingen groeien veel eiken. Het is bekend dat op eiken veel galvormers gevonden kunnen worden. Hele karakteristieke soorten die op eiken kunnen worden waargenomen zijn Ananasgalwesp, Galappelwesp en Knoppergalwesp. Deze soorten zijn makkelijk te herkennen. Alle drie soorten werden in het Renkums beekdal veel gevonden. Op het blad van Beuk kwam de Beukengalmug regelmatig voor.

Bladmineerders

Bladmijnen zijn géén woekeringen, maar gangetjes of blaasjes, die vaak in het blad gevormd worden door de larven van bladmineerders. Vaak zijn de veroorzakers beperkt tot één of enkele plantensoorten. De vraatbeelden zijn vaak heel karakteristiek voor een bepaalde soort en in combinatie met de plantensoort zijn zij daarom goed te determineren.